Intussen zijn honderden examens afgenomen via de centrale examinering. Uiteraard zitten daar ook onvoldoende resultaten bij. Moet je daarvan schrikken? Natuurlijk niet. Stel je voor dat er geen onvoldoende cijfers zouden zijn. Dan moet je pas schrikken. Een opleiding waar iedereen voor slaagt, dat kan niks zijn!
Examenbureau durft eisen te stellen. Niet leuk, als je daardoor een onvoldoende behaalt. Wel leuk, omdat het diploma of het certificaat daardoor een grotere waarde heeft. Maar laat je niet bang maken: het geslaagdenpercentage ligt in Nederland boven de 80%!
Wat als een examen moeilijk uitvalt, en toch een groot gedeelte van de kandidaten een onvoldoende behaalt? Als een examen minder goed dan gemiddeld wordt gemaakt, beoordeelt het examenbureau een aantal zaken. Belangrijkste vraag: was het examen moeilijker dan gemiddeld, of waren de kandidaten minder goed voorbereid dan gemiddeld? Om deze vraag te beantwoorden worden de correctoren bij elkaar gezet. In elk examen zitten bepaalde vragen, waar je de basiskennis van de examenkandidaat aan kunt herkennen. Blijkt deze basiskennis niet van het gemiddelde af te wijken, dan is er sprake van een moeilijk uitgevallen examen. In dat geval worden de correctienormen dusdanig aangepast dat er na tweede correctie alsnog een ‘gemiddeld’ resultaat behaald wordt.
Nog iets ter geruststelling: wist je dat Examenbureau LSSO een onvoldoende resultaat niet zomaar uitdeelt? We weten dat een studie, die vaak naast werk, gezin, enz., gevolgd wordt, zwaar is. Te zwaar om zomaar even een onvoldoende uit te reiken. Daarom worden alle werkstukken, die in de eerste correctie als onvoldoende werden beoordeeld, eerst door een andere corrector voor de tweede keer gecorrigeerd. Pas als deze ook van mening is dat er sprake is van een onvoldoende cijfer, wordt dit cijfer vastgesteld. Een onvoldoende? Niet leuk, maar je weet nu dat het blijkbaar wel een terecht oordeel was en dat je nog even moet door bikkelen, voordat je nogmaals examen doet.